Schönfeldt uit Schköna
Van een arbeidsmigrant uit Saksen via Amsterdam naar de Utrechtse Heuvelrug

 
 
 

 

 

 

 

 

 

 

 


 

Als we in Nederland op zoek zijn naar iemand met de naam Schönfeldt, dan is de kans groot dat we die vinden op de Utrechtse Heuvelrug. Sinds omstreeks 1850 hebben daar, met name in Doorn, een flink aantal gewoond.

< Verspreiding van de naam Schönfeldt in 2007

Toch is het duidelijk een Duitse naam. Wat is het verhaal daarachter? In de familie werd wel gesproken van een soldaat die met het leger van Napoleon mee naar hier was gekomen. Zou dat het geweest zijn?

Nazaten van een Schönfeldt zijnde, gingen we op zoek naar hoe het zat. Na enkele generaties terugzoeken kwamen we eerst in Amsterdam terecht, bij een kleermaker op de Zeedijk. Zijn naam was Johann Gottfried Schönfeldt, hij was rond 1780 het land binnengekomen en beweerde geboren te zijn in een klein plaatsje in het oosten van Duitsland: Schköna. Daar moesten we dus heen, en inderdaad, we vonden er in de parochiekerk oude kerkboeken met de gegevens die we zochten.

 
 

SCHKÖNA

 
 
 

Zo zag Schköna eruit toen we het begin 1992 bezochten. De Muur was ruim twee jaar tevoren gevallen en de DDR was net opgeheven. Er stond al wel een (West-)Duits plaatsnaambord, maar verder was alles nog even vervallen en uitgewoond als in de jaren daarvoor.

We vonden in het nabijgelegen Krina de parochiekerk, en in de pastorie de Lutherse dominee die voor ons zijn kerkboeken tevoorschijn haalde.

Een pekbranders-familie

Uit de registers is op te maken dat in Schköna in die tijd het gezin woonde van Gottfried Schönfeldt, 'pachtinhaber der Schkönischen Pechhütte'. Deze Schönfeldt was dus 'pekbrander', en verdiende de kost als pachter van de plaatselijke teermolen. In zo'n Pechhütte werd dennenhout verhit waardoor teer en pek eruit droop en houtskool achterbleef. Degenen die er werkten hadden een zwaar en karig beloond bestaan.

Van de naar Nederland vertrokken Johann Gottfried, rond 1750 geboren, was in het doopboek echter geen aantekening te vinden. Wel van twee andere kinderen uit het pekbranders-gezin: Johanna Sophie (1757) en Johann Heinrich (1763).

Oftewel: we vonden geen absoluut bewijs dat we hier met de voorouders van onze Nederlandse Schönfeldt's te maken hebben. Wel sterke aanwijzingen dat het om lid van dit gezin gaat:
-- Johann Gottfried Schönfeldt, de kleermaker op de Zeedijk, heeft immers zelf aangegeven dat hij in Schköna geboren was;
-- er leefde in die periode in het kleine Schköna maar één gezin dat zo heette;
-- de voornamen in dit gezin komen soms terug bij latere Nederlandse nazaten; ook bijvoorbeeld die van doopgetuige Johann Gottfried Bendig.

Reden van emigratie

Een volgende vraag is: wat zou een eenvoudige pekbranderszoon uit een klein plaatsje in Saksen ertoe gebracht hebben zijn heil in de toenmalige metropool Amsterdam te gaan zoeken?

  • De familieoverlevering dat stamvader Schönfeldt als soldaat met het leger van Napoleon naar Nederland is gekomen kan niet kloppen. Onze kleermaker was al in 1780 in Amsterdam gearriveerd, en Napoleon kwam pas rond 1800 aan de macht.

  • Wat wel zou kunnen is dat hij zich rond 1770 -- hij is dan een jaar of 20 -- als soldaat heeft laten ronselen en in Nederlandse dienst heeft gevochten. Misschien heeft hij in het leger wel het vak van kleermaker geleerd, dat hem  10 jaar later goed van pas kwam toen hij in Amsterdam uit dienst kwam.

  • Dat laatste is uiteraard pure speculatie. Logischer wellicht is gewoon een economisch motief. Nederland was toen een rijk land, en in Duitsland was veel armoede en werkeloosheid. Veel Duitsers kwamen naar hier om werk.

 
 

Generatie I: Johann Gottfried Schönfeldt

 
 
 

Hoe precies zijn afkomst en komst naar Nederland ook in elkaar zitten, zeker is in elk geval dat dit de stamvader is van de Nederlandse familie Schönfeldt:

Johann Gottfried Schönfeldt wordt ergens omstreeks 1750 in Schköna geboren. Rond 1780 is hij in Amsterdam komen wonen.
Johann trouwt daar op 23 oktober 1783 met de weduwe Dorothea Bijndorp (ook Beijndorf), geboren in 1845. Zijn vrouw is Luthers van geloof, hetgeen eveneens op Duitse afkomst duidt. Johann wordt in de akte aangeduid als “32 jaar oud” en “woonachtig op de Zeedijk”. Ze krijgen er drie kinderen:
Pieternella Dorothea Sophia (1785),  Johan Hendrik (1786) en Wilhelm Friedrik (1788).
Op enig moment overlijdt zijn vrouw, en als weduwnaar hertrouwt Johann op 9 april 1802 met de weduwe Anna Maria ter Meer. Zij is geboren t
e Amsterdam in 1756 en woont op dat moment op de Hoogte Kadijk in de Brouwerij “de Valk”. Johann Schönfeldt woont dan nog steeds aan de Zeedijk. Zijn tweede vrouw overlijdt binnen drie jaar, op 13 maart 1805, en er zijn van hen geen kinderen bekend.
Tot slot krijgt Johann nog vijf kinderen met ene Etije Croes (ook Etjen of Eteij Croesen). Deze kinderen krijgen wel de achternaam Schönfeldt, maar een huwelijk met haar is te Amsterdam niet gevonden. Het zijn: Johannes Hendrik (1806),  Jacob Friedrik (1808-1817), Joseph (1809), Johannes (1811), David (1812-1814) en Jan Hendrik (1814). Tijdens de periode met Etije Croes wordt Johann zijn beroep aangeduid als “kleermakersbaas”. En als woonadres wordt nu eenduidig: Zeedijk 110 genoteerd.
Na 1814 lijkt Etije Croes van de aardbodem te zijn verdwenen, nergens zijn verdere gegevens over haar te vinden. Zo wordt Johann, als hij in 1824  overlijdt, aangeduid als “weduwnaar van Johanna Maria ter Meer”. Ondertussen vervalt Johann met zijn gezin na 1814 in armoede. In 1816 worden zijn kinderen zelfs in het armenweeshuis ondergebracht *).
Johann Gottfried Schönfeldt overlijdt op 28 januari 1824, te elf uur ‘s ochtends, in een woning aan de Binnen Schipperstraat te Amsterdam.

 
 

*) TE VONDELING

 
 
 

Op 18 november 1816 maakt de dominee van de gereformeerde kerk aan de Prinsengracht de volgende notitie:

“Op den 18e November des avonds ten 8 uren gevonden op de Princegragt voor dit Godshuis 3 kinderen bij zich hebbende annexe berigt en genaamd: Jacob Frederik Schönfeldt, oud 10¼ jaar; Joseph Schönfeldt oud 8-7/12 jaar; Johannes Schönfeldt oud 6¾; op verklaring ingekomen van de Gereformeerde godsdienst.”

De tekst op het briefje (annexe berigt) dat de kinderen bij zich hebben, luidt als volgt:

“J.G. Schönfeldt ist door siekte ... omstantig heijt in armoet vervallen

Jacob Friedrik   Aut 10 Jaar 3 Maande

Joseph  Aut 8 Jaar 4 Maande

Johannes  Aut 6 Jaar 9 Maande

Gedoopt in te heijier kerk - alle trie te kienter ziekte gehaat

Versoek vrientlijk WEd Regenten vaan het haijs dat mijn heer het toet - Dat ik 36 Jaarren inwoner in Amsterdam ben en mijn in soogroete Eelende bevint

Zonter mutter  zonter vouzeel”

Kennelijk is er rond 1815 iets ernstig misgegaan met het gezin. Etije is buiten beeld geraakt (overleden of anderszins) en het gezin is tot armoede vervallen. Als gevolg daarvan zag vader Johann in november 1816 geen andere uitweg dan zijn kinderen aan de diaconie in zorg te geven.
Enkele observaties:

 -- Johann is op het moment van dit gebeuren omstreeks 66 jaar oud.

 -- De opgegeven leeftijden van de kinderen kloppen niet; op grond van hun geboortedatum is Jacob bijna 9 jaar, Joseph 7½ en Johannes nog geen 6.

 -- De kinderen zijn 'zonter mutter', dus Etije Croes is of overleden, of heeft hen verlaten.

 -- Het oudste kind van Johann en Etije, Johannes Hendrik, die op dat moment bijna 11 zou moeten zijn, is er niet bij. Dat zou erop kunnen wijzen dat hij al overleden is. 

Het in 1666 gebouwde Aalmoezeniersweeshuis aan de Prinsengracht te Amsterdam;
in 1825 is het gebouw omgebouwd tot Paleis van Justitie en in 2024 wordt het een luxe hotel.

Ze worden ondergebracht in het Aalmoezeniersweeshuis, maar twee jaar is er toch weer contact met vader Johann; in 1818 moet hij zijn kinderen komen ophalen.

 

Dat gaat echter maar een paar maanden goed, want op 26 januari 1819 worden ze wederom in het weeshuis opgenomen.

Ondertussen heeft echter de rijksoverheid besloten dat de toestand in het door overbevolking en epidemieën geteisterde weeshuis niet meer aanvaardbaar is (Jacob Fredrik is er in 1817 al overleden). Men begint met de weeskinderen in plattelandsgemeenten onder te brengen en in Veenhuizen wordt een nieuwe rijksinrichting voor 'behoeftigen' gebouwd. In 1820 vertrekt Joseph naar Wageningen en in 1825 wordt Johannes, kort voor het sluiten van het Amsterdamse weeshuis, overgebracht naar Veenhuizen.

 

 
 

Heeft U aanvullende gegevens over deze familie, of maakt U er zelf deel van uit?
Geef dit door aan jan.griep@planet.nl !

> naar: tweede pagina  / derde pagina / vierde pagina

Deze pagina (http://www.gryep.nl/Schkona/Schonfeldt.html) is voor het laatst gewijzigd
op 8 februari 2024 door ©
Jan Griep te Katwijk aan Zee.